Kunnen witte mannen nog iets goed doen? (opinie)

Witte mannen van middelbare leeftijd, toxic masculinity, heteroseksuele mannen, CIS-mannen: loop je tegenwoordig rond met een Y-chromosoom, dan moet je het vaak ontgelden in de progressieve media, en al helemaal als je huid weinig pigment bevat. Maar levert al dit man-bashing ons iets op als maatschappij? Een opiniestuk van Eva De Gelder.

Onze witte mannen hebben het tegenwoordig niet onder de markt. Doen ze iets goed, dan is dat te wijten aan hun voortdurende hegemonie op het dagelijks leven. Doen ze iets verkeerd, dan is dat door diezelfde suprematie die hen al eeuwenlang arrogant en onwetend maakt. 

Zijn ze attent in hun gedragingen naar vrouwen, dan zijn ze male chauvinist pigs, zijn ze het niet, dan houden ze geen rekening met de ‘vrouwelijke noden’ (wat die ook mogen zijn). Strijden ze in onze Westerse contreien voor emancipatie en concrete vrouwenrechten, dan kunnen ze af en toe nog op bijval rekenen.

Doen ze echter exact hetzelfde voor vrouwen in andere werelddelen, dan zijn ze racisten, paternalistische pseudo-redders die culturele verschillen miskennen en hun wereldbeeld willen opleggen aan anderen. Allemaal op basis van drie factoren: geslacht, etniciteit en seksuele oriëntatie. Een mens zou voor minder het Noorden verliezen. 

De nieuwe erfzonde

Sta mij toe om eerst iets duidelijk te maken: ik ben een vrouw, en ik beschouw mijzelf als feminist. Ik beschouw mijzelf ook als anti-racist, als verdediger van LGBTQ-rechten, en als progressief. Het is in die optiek dat ik mij genoodzaakt zie om tot de verdediging van witte mannen te komen. Mochten ze het zelf doen, zou hen naast alle andere dingen die hen verweten worden ook nog egocentrisme en vals-slachtofferschap worden opgespeld.  Want het zijn racisten, allemaal. En seksisten, dat ook. Ja, zelfs als ze nog niks hebben gedaan om dit te bewijzen, want wit en man zijn is de nieuwe erfzonde, een blaam die je niet kan ontsnappen van zodra je rond de 40 bent. 

Het is tegenwoordig bon ton om mannen in het algemeen – en witte mannen in het bijzonder – te haten. Pardon, het is zelfs noodzakelijk, willen we de feministische revolutie voltrekken. “Moi, les hommes, je les déteste”. Bla. Bla. Bla. Ik ben dit soort praat kotsbeu. Het is het type discours dat je hoort verkondigen door salonrevolutionairen zonder enige voeling voor de realiteit, het genre volk dat om de zoveel tijd een ‘nieuw’ en ‘edgy’ idee moet lanceren, willen ze hun ellebogen er niet afknagen van verveling.

Alles onder de noemer van ‘de vooruitgang’, maar de specifieke inhoud van die vooruitgang, of de manier waarop we ze moeten voltrekken, durft al eens zijn kuren te hebben. Was eergisteren religie nog de grootste vijand, of het kapitalisme, dan zijn dat nu witte mannen. En maar gewichtig knikken met de hand onder de kin.  

Nu ben ik een koele minnaar van fanatieke religieuze dogma’s en groot kapitaal, maar om de pijlen te mikken op een volledige bevolkingsgroep? Dit grenst aan de rand van hysterie, in een gehucht ver weg van enige redelijkheid.

Old-fashioned goede manieren 

Een zwaar onderschat goed, die redelijkheid. Want er is vanzelfsprekend ook een keerzijde aan het hele debacle, een bron van waarheid binnen het gemekker. Zo loopt mijn hart ook niet over met affectie wanneer ik naar het volk op een Darts-wedstrijd kijk, deelnemers evenals toeschouwers. En ik voel mij niet geneigd om ter verdediging te komen van pakweg DSK. 

Natuurlijk bestaan seksisme en racisme, en zijn het prangende problemen die we moeten aanpakken en actief bestrijden. Ik betwijfel echter dat het ons ook maar iets vooruit helpt door elke witte man bij voorbaat uit te maken voor een zwijn die zich schuldig maakt aan voorgenoemde misdrijven. 

Ik weet dat witte mannen veel leed veroorzaken en hebben veroorzaakt. Er zijn voorbeelden legio, en ik wil de pijn die ze hebben aangericht geenszins minimaliseren. Maar het is hoegenaamd niet dat de rest van de mensheid in de tussentijd in perfecte harmonie elkaars haar zat te vlechten, kwestie van een cliché met een cliché te beslechten. 

Noem mij old-fashioned, maar ik vind het nog steeds getuigen van goede manieren en intelligentie wanneer je de misstappen van een individu niet projecteert op de sociologische groep waartoe hij/zij/x behoort. Want dit, mijn beste, is OOK racisme en seksisme. 

We moeten de systemische fouten van onze maatschappij eruit halen én individuele misstappen detecteren en berechten, veeleer dan een hele sectie van onze maatschappij te culpabiliseren op basis van kenmerken waar ze niet voor hebben gekozen, of het nu hun etniciteit betreft, hun geaardheid of hun geslacht. We aanvaarden het – zeer terecht – niet dat we zo spreken over andere bevolkingsgroepen, waarom dan wel wanneer het over witte/heteroseksuele mannen gaat?

David Attenborough en Marc Didden

Want men lijkt één heel belangrijk detail te vergeten: het gros van de witte mannen doet hun best. Het merendeel van hen heeft bovendien de macht noch de intentie om haat en verderf rond te strooien, en probeert ook maar gewoon hun leven in goede banen te leiden. Doen ze iets verkeerd? Spreek er hen dan gerust op aan, maar hef geen betweterige vinger op voor diegenen die niets mispeuterd hebben, want als er iets is dat aversie opwekt, dan is het dat wel, en dan zijn we nog verder van huis. 

Witte mannen zijn namelijk ook maar gewoon mensen, veeleer dan de uitdragers van een paramilitaire organisatie genaamd HET KWAAD waar sommige van mijn fellow-progressievelingen hen voor aanzien (tenzij uw naam Dries Van Langenhove is). Bovendien bestaan er ook veel toffe witte mannen. David Attenborough is er zo één. Marc Didden ook. Maar dit klinkt misschien stom. Het ruikt naar onnodige vergoelijking, een beetje zoals zeggen dat ik Duitsers ken die over een prima stijlgevoel beschikken, of Fransen die wel goed Engels spreken. 

Wat ik eigenlijk wil zeggen, mijn beste, is het volgende: feminisme betekent niet vrouwen favoriseren boven mannen, anti-racisme betekent niet zwart verkiezen boven wit, en LGBTQ-rechten uitdragen betekent niet heteroseksuelen beroven van hun rechten. Ik ga ervan uit dat iedereen dit weet, maar het kan geen kwaad van het nog eens te herhalen. 

(‘BTW’: dat knappe zwijn op de foto is mijn lief, en ik kan uit eigen ervaring zeggen dat hij ook een prima witte man is. Hij raakte niet gewond bij het maken van deze foto.)

Over de schrijver: Eva De Gelder is redacteur bij Free.Brussels
en auteur van het boek ‘Canis’.

1 reactie

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s